Inleiding
Zelfs de inwoners van Zug kunnen hier geen genoeg van krijgen: wanneer de zon ondergaat boven het meer, kleurt de horizon bloedrood en richten alle ogen zich op het romantische kleurenspel op het water. Maar ook de historische oude binnenstad is charmant. Hier kun je door smalle kronkelende steegjes flaneren, langs het meer slenteren of in een van de vele straatcafés de bedrijvigheid gadeslaan.
Zug is zelfverzekerd en weet wat het te bieden heeft: een hoge levenskwaliteit, uitzicht op de Rigi en de Pilatus en een prachtig historisch centrum. De stad is stijlvol en waardeert kunst in de openbare ruimte. Daar komt nog een zakenwereld bij die de mooie stad een zekere internationale flair geeft: in Zug begroeten meer dan 100 nationaliteiten elkaar met een “Grüezi”.
De graven van Kyburg zouden de stad in het begin van de 13e eeuw hebben gesticht. Ook de 52 meter hoge Zytturmdateert uit die tijd. Het was oorspronkelijk een eenvoudige doorgang naar de oude binnenstad, maar in de loop der eeuwen is deze verhoogd en uitgebreid tot de toren uiteindelijk zijn huidige vorm kreeg met erkers en een steil schilddak. In 1574 werd de grote klok geïnstalleerd, waaraan de toren zijn naam dankt. Onder de grote klok bevindt zich een astronomische klok met vier wijzers die de week, de maanstand, de maand en het schrikkeljaar aangeven.
In de oude binnenstad van Zug zelf behoren het rond 1505 gebouwde laatgotische stadhuis en de uit dezelfde periode stammende St. Oswaldkerk tot de bezienswaardigheden. In de schilderachtige steegjes van de oude binnenstad kun je jezelf wel verliezen, maar verdwalen kan niet: je slentert langs kleurrijk beschilderde huizenrijen, chique boetieks en verleidelijke restaurants – en komt uit op de Landsgemeindeplatz aan het meer.
Hier leeft Zug en viert het op mooie zomeravonden het dolce far niente. Kinderen houden van de volières, waterratten van de bootverhuur en romantici van de mooiste zonsondergang ter wereld.